Op 17 oktober 2025 heeft de Europese Commissie een wijziging van de CBAM-verordening gepubliceerd waarmee een aantal vereenvoudigingen zijn doorgevoerd.
Beeld: © Rijksoverheid
Daarin is ook een tijdelijke uitzondering opgenomen voor bedrijven die in 2026 CBAM-goederen gaan importeren, maar nog geen besluit hebben ontvangen over hun toelatingsaanvraag.
Importeurs en indirecte douanevertegenwoordigers die uiterlijk 31 maart 2026 een toelatingsaanvraag hebben ingediend mogen, terwijl ze wachten op het besluit op hun aanvraag, CBAM-goederen blijven importeren.
Maar let op: Als de NEa de toelatingsaanvraag vervolgens afwijst, heeft dit zeer ernstige consequenties. De NEa moet dan een boete opleggen voor het importeren zonder toelating. De boete is drie tot vijf keer het standaardbedrag van €100 (plus indexatie) per CBAM-certificaat dat de importeur of indirecte douanevertegenwoordiger zou moeten inleveren als deze wel een toelating zou hebben. Alleen bij een kleine overschrijding van de 50 ton-drempel (minder dan 10%) kan de boete lager uitvallen. Het minimumbedrag van de boete is €100 (plus indexatie) per CBAM-certificaat.
Wie gebruikmaakt van de uitzondering om na 1 januari 2026 zonder toelating CBAM-goederen te importeren, moet zich er dus van bewust zijn dat hij/zij een belangrijk risico loopt.
Als de NEa de toelatingsaanvraag moet afwijzen en een importeur al CBAM-goederen heeft geïmporteerd, volgt altijd een boete. Deze boete komt dan in de plaats van de verplichting om CBAM-aangifte te doen en CBAM-certificaten in te leveren. Voor de toekomstige invoer door een toegelaten CBAM-aangever geldt deze verplichting wél: aangifte doen en certificaten inleveren.
Belangrijke andere vereenvoudigingen in de CBAM-verordening zijn:
- Importeurs die kleine hoeveelheden CBAM-goederen (< 50 ton per jaar) importeren, worden vrijgesteld van alle verplichtingen. Hiermee wordt naar schatting 90% van de importeurs uitgezonderd, terwijl nog steeds ruim 99% van de emissies onder CBAM blijven vallen
- De emissiemonitoring wordt simpeler: het wordt eenvoudiger om standaardwaarden toe te passen en verificatie is dan niet langer nodig. De monitoring wordt beperkt tot de emissies van de productieprocessen van de belangrijkste grondstoffen. De emissies van de bewerkingsstappen om het eindproduct te maken tellen niet langer mee
- Er komen standaardwaarden voor de betaalde koolstofprijs die mag worden afgetrokken van het aantal in te leveren certificaten. Importeurs hoeven hierover zelf dan geen informatie meer te verzamelen
- Het effectiever maken van CBAM voor de lange termijn, door de regels te versterken om ontwijking en misbruik te voorkomen
- Het wordt mogelijk om een adviseur aan te stellen die namens de importeur de CBAM-aangifte indient
- De verplichting om elk kwartaal certificaten aan te kopen wordt verminderd van 80% naar 50% van de ingebedde emissies van de geïmporteerde goederen. Deze verplichting zal nog niet gelden in 2026. Het in 2027 in te leveren aantal certificaten (voor import in 2026) verandert niet
De volledige lijst met aanpassingen vindt u in de verordening.