Veelgestelde vragen IME

De Inframarginale Elektriciteitsheffing is een belastingmaatregel, die een plafond zet op de opbrengsten uit inframarginale energiebronnen ten tijde van de uitzonderlijk hoge prijzen van de energiecrisis. Nederland betreft dit voornamelijk wind, zon, waterkracht, biomassa, biogas, afval en kernenergie. De Nederlandse wetgever heeft er in de uitvoering voor gekozen dat ook elektriciteitsproductie uit steenkool onder de IME valt. De Nederlandse invoering hiervan heeft vorm gekregen in een tijdelijke en éénmalige wet die op 17 juli 2024 is aangenomen.

De Europese Commissie heeft op 6 oktober 2022—als gevolg van de destijds uitzonderlijk hoge energieprijzen—een noodverordening uitgevaardigd die de Europese lidstaten verplicht een pakket aan noodmaatregelen te nemen, waaronder een heffing op de marktinkomsten van elektriciteitsproducenten boven een vastgesteld bedrag: de inframarginale elektriciteitsheffing (IME). De verordening kwam tot stand in een periode dat burgers en bedrijven kostbare overheidssteun ontvingen bij de bekostiging van de hoge energierekening.

De heffing wordt toegepast op opbrengsten boven het prijsplafond van € 130 per MWh. Voor biomassa geld een prijs van € 240 per MWh en voor biogas van € 285 per MWh. Voor kolencentrales geldt een flexibel plafond. De opbrengsten per MWh worden vastgesteld met de Day-Ahead methode of via uw boekhouding, en worden berekend op maandniveau. Deze berekeningen worden gedaan via het marktinkomstenverslag. Hierover komt later meer informatie beschikbaar.

Inframarginale technologieën verwijzen naar elektriciteitsopwekkingsmethoden met lage marginale kosten, zoals wind- en zonne-energie. Deze energiebronnen hebben doorgaans veel lagere operationele kosten in vergelijking met fossiele brandstoffen en maken daarom vaak meer winst bij stijgende elektriciteitsprijzen. In Nederland betreft dit wind, zon, waterkracht, vaste biomassa, gasvormige biomassa (biogas), afval en kernenergie. Ook geothermie, bruinkool, ruwe aardolieproducten en turf behoren tot deze bronnen, maar vinden in Nederland niet of nauwelijks plaats. Steenkool is geen inframarginale energiebron, maar behoort wel tot de IME.

Meer informatie vindt u op de pagina over het Tijdspad,

De Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) en de Belastingdienst zullen samen de heffing uitvoeren, met een adviserende rol van de ACM. De NEa is verantwoordelijk voor het inhoudelijke deel en voor het toezicht. De Belastingdienst is verantwoordelijk voor het innen van het geld. De heffing zal voldaan worden via aangifte. Dit betekent dat de partijen zelf moeten berekenen of, en zo ja, hoeveel belasting zij schuldig zijn.

De heffingsperiode is 1 december 2022 t/m 30 juni 2023. Dit zijn 7 maanden.

De elektriciteitsproducent die belastingplichtig dient zorg te dragen voor:

1)           Het Marktinkomsten-verslag (MIV) wat ingediend moet worden via het IME-portaal bij de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa), én

2)           De aangifte van de Inframarginale Elektricteitsheffing (IME-heffing) bij de Belastingdienst.

Als uw vragen heeft over de doelgroepbepaling of het marktinkomstenverslag dan kunt u contact opnemen door een mail te sturen naar ime@emissieautoriteit.nl. Als u vragen heeft over het doen van aangifte dan kunt u contact opnemen met de Belastingdienst.

Als uw organisatie in Nederland of de Nederlandse exclusieve economische zone elektriciteit opwekt met een inframarginale energiebron en/of steenkool, en de productie-installatie een geïnstalleerd vermogen heeft 1 MW of meer. In Nederland betreft dit win, zon, waterkracht, vaste biomassa, gasvormige biomassa (biogas), afval en kernenergie. Ook geothermie, bruinkool, ruwe aardolieproducten en turf behoren tot deze bronnen, maar vinden in Nederland niet of nauwelijks plaats.

Als u een primair allocatiepunt (PAP) met de netbeheerder heeft, dan worden alle productie-installaties bij deze aansluiting bij elkaar opgeteld. Secundaire allocatiepunten worden niet gezien als aparte aansluitingen op het net. Uw organisatie heeft één aansluit- en transportovereenkomst met uw netbeheerder.

Als de productie-installaties achter de aansluiting met het net een gezamenlijk geïnstalleerd productievermogen heeft van 1MW, dan valt deze binnen de doelgroep van de IME.