Toezicht en handhaving

De NEa houdt toezicht op de verplichting om na afloop van elk kwartaal een CBAM-rapport in te dienen. Als de CBAM-aangever deze verplichting overtreedt, kan de NEa handhaven. Op deze pagina vindt u hier meer informatie over.

Beeld: ©NEa
Schematisch weergegeven, ziet het proces van toezicht en handhaving in de overgangsperiode van CBAM er als volgt uit.

Toezicht

Na afloop van elk kwartaal kan de Europese Commissie de CBAM-rapporten controleren die in het CBAM-register zijn ingediend. Zij vergelijkt de gegevens uit de rapporten met de aangiftes tot invoer van de Douane. Zo krijgt de Commissie inzicht in de nog ontbrekende CBAM-rapporten. Vervolgens stuurt zij de NEa een lijst met in Nederland gevestigde CBAM-aangevers die ten onrechte nog geen CBAM-rapport hebben ingediend.

De NEa gebruikt de informatie van de Europese Commissie als basis voor haar toezicht. Zij onderzoekt samen met de Douane of de CBAM-aangevers op de lijst van de Europese Commissie inderdaad verplicht waren om een rapport in te dienen. In dit kader wordt onder meer informatie over de invoer bij de betrokken CBAM-aangevers opgevraagd. Als uit het onderzoek blijkt dat de CBAM-aangever ten onrechte geen CBAM-rapport heeft ingediend, kan de NEa overgaan tot handhaving. 

Handhaving

Afweging

Of de NEa daadwerkelijk tot handhaving overgaat, bepaalt zij door de omstandigheden van het geval af te wegen. Bij de CBAM-rapporten in het derde en vierde kwartaal van 2024 betrok de NEa hierbij het Wegingskader handhaving rapportageverplichting CBAM. De NEa past dit wegingskader vanaf 2025 echter niet langer toe. 

De NEa hanteert nu de lijn dat importeurs die jaarlijks minder dan 50 ton (gewicht) aan CBAM-goederen importeren geen rapport meer hoeven in te dienen. Bij importeurs die jaarlijks meer dan 50 ton (gewicht) aan CBAM-goederen importeren, gaat de NEa alleen over tot handhaving als de importeur geen kwartaalrapporten heeft ingediend en niet reageert op informatieverzoeken of een waarschuwing. Hiermee sluit de NEa aan bij het wetsvoorstel van de Europese Commissie tot vereenvoudiging van CBAM met ingang van 2026.

Daarnaast vervalt de inspanningsverplichting voor CBAM-aangevers om werkelijke emissiegegevens te rapporteren. CBAM-aangevers kunnen zonder verdere motivering gebruikmaken van de standaardwaarden of aangeven dat werkelijke emissiegegevens niet beschikbaar zijn. De NEa beschouwt deze rapporten niet meer als onvolledig. 

Procedure

Als de NEa besluit om over te gaan tot handhaving, geeft de NEa eerst een waarschuwing aan de CBAM-aangever. Mocht de CBAM-aangever na deze waarschuwing nog geen CBAM-rapport(en) indienen, dan zal de NEa een correctieprocedure starten. 

Bij de start van een correctieprocedure ontvangt de CBAM-aangever een besluit waarin deze  een termijn krijgt van 30 dagen om alsnog een CBAM-rapport in te dienen. Voldoet de CBAM-aangever hier niet aan, dan legt de NEa een boete op. De hoogte van deze boete ligt tussen de € 10,- en € 50,- per ton CO2 die niet is gerapporteerd.